COP26: zullen onze politici eindelijk ambitie en durf tonen?

COP26: zullen onze politici eindelijk ambitie en durf tonen?

De Transformisten vzw
geschreven door De Transformisten vzwlaatst aangepast op 29/10/2021
Dit weekend verzamelt de wereld in het Schotse Glasgow voor de 26ste VN-Klimaattop.
COP26 © Mario Debaene
COP26 © Mario Debaene

 

Al meer dan 20 jaar roept De Transformisten op tot minder en duurzamer consumeren, spullen hergebruiken, delen en herstellen. We zijn fier op de vele burgers die zelf actie ondernemen voor een rechtvaardige klimaattransitie en verwachten dat ook onze politici eindelijk de nodige moed tonen. Dit weekend verzamelt de wereld in Glasgow voor de COP26. België hinkt al 25 klimaatconferenties achterop, hoog tijd voor een versnelling. En die begint met een akkoord tussen vlaanderen, Wallonië, Brussel en België. 

We delen graag deze oproep van de cultuursector  

  • Verscherp milieunormen en zorg dat ze nageleefd worden 
  • Maak werk van de transitie naar een CO2-vrije industrie 
  • Investeer in en beloon duurzame mobiliteit. Schaf subsidies voor salariswagens en fossiele brandstoffen af. Belast vliegverkeer en ondersteun performant openbaar vervoer 
  • Verklein de veestapel en promoot plantaardige, biologische en lokaal geteelde voeding 
  • Investeer in hernieuwbare energie 
  • Stimuleer en subsidieer circulair bouwen en renoveren 
  • Kies voor leefbare verdichte woonkernen die ontsloten zijn door openbaar vervoer 
  • Bescherm bossen, onthard en maak meer plaats voor natuur en biodiversiteit 

Er is nood aan co-creatieve leiders die zich ten dienste stellen van de samenleving. Die de toekomst in de ogen durven kijken en zich onbaatzuchtig smijten voor een leefbare omgeving voor de generaties die komen. Elke dag, elk uur, elke minuut kan je als beleidsmaker kiezen om het roer radicaal om te gooien. Voor minder gaan we niet.

#COP26 #arts4cop26 #EuClimatePact 

Wat staat er op het spel in Glasgow?

Met het Klimaatakkoord van Parijs in 2015 is afgesproken dat de opwarming van de aarde beperkt moet blijven tot maximum 2 graden, bij voorkeur 1,5 graad, aan het einde van deze eeuw. Om daarin te slagen moet de uitstoot van broeikasgassen wereldwijd minstens 45% lager liggen in 2030 en 100% lager ("net zero") in 2050. 

De COP26 is politiek de laatste kans om de klimaatcrisis onder controle te krijgen

De deelnemende landen deelden toen hun plannen om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen in zgn. Nationally Determined Contributions (NDC's). Nog in Parijs bleek dat alle beloftes bij elkaar opgeteld lang niet volstaan om de opwarming te beperken. Daarom werd ook afgesproken dat die landen elke vijf jaar een NDC met scherpere doelen moeten inleveren.

Op deze top in Glasgow is het zover (met een jaar uitstel vanwege de coronacrisis). De plannen die al zijn ingediend, volstaan alvast niet. Die leiden nog steeds naar een dramatische opwarming van 2,5 tot 2,8 graden in 2100. Dat kun je lezen in het Emissions Gap Report. Deze zomer werd nochtans duidelijk dat de klimaatplannen ambitieuzer moeten. Het laatste rapport van het IPCC (klimaatpanel van de VN) toonde aan dat de opwarming sneller gaat dan verhoopt: de 1 graad is al bereikt; dat de stijging nog onder 1,5 graad kan blijven (doelstelling Parijs) is zo goed als uitgesloten. 

"Het blijkt razend moeilijk bijna tweehonderd landen met uiteenlopende belangen achter gezamenlijke klimaatdoelen te krijgen. Rijke geïndustrialiseerde landen willen niet te veel welvaart opgeven, opkomende landen willen ruimte om door te groeien en arme landen willen niet bloeden voor de uitstoot van de anderen. De eerste poging tot een wereldwijde emissiereductie, het Kyoto-protocol van 1997, mislukte faliekant doordat het feitelijk alleen door de westerse landen werd gesteund. Pas in 2015 in Parijs lukte het om 195 landen, rijk en arm, achter een echt verdrag, het akkoord van Parijs, en een gezamenlijk doel, maximaal 2 of 1,5 graad opwarming, te krijgen", schrijft de krant De Morgen.

De rijke westerse landen zijn de grootste uitstoters, zij moeten vanuit het oogpunt van ‘klimaatrechtvaardigheid' het leeuwendeel van de kosten dragen

"De rijke westerse landen zijn de grootste uitstoters, zowel per hoofd van de bevolking als in historische zin. Zij moeten vanuit het oogpunt van ‘klimaatrechtvaardigheid' het leeuwendeel van de kosten dragen, vinden de opkomende en arme landen. Niet alleen de kosten voor de wereldwijde energietransitie, maar ook die voor het opvangen van de gevolgen van de klimaatcrisis, waardoor de armsten onevenredig worden getroffen. Arme landen willen daarom goedkope toegang tot nieuwe energie en technologie en geld voor adaptatie, zoals kustverdediging. Ook willen ze compensatie voor alle schade die ze nu al lijden (loss and damage)", weet De Morgen

"Rijke en arme landen spraken op de klimaattop van Kopenhagen in 2009 af dat er een VN-klimaatfonds komt om de arme landen te helpen. In dat Green Climate Fund zou in 2020 minimaal 100 miljard dollar per jaar moeten zitten, fiftyfifty bedoeld voor mitigatie en adaptatie. Het fonds was in 2019 nog steeds niet helemaal gevuld: volgens de OECD was de stand 79,6 miljard dollar, en dan deels ook nog dure leningen. In Glasgow moet deze kwestie eindelijk geregeld worden, anders zou het tot een internationale vertrouwensbreuk kunnen leiden. Bovendien moeten er ook afspraken worden gemaakt over de financiële doelstellingen vanaf 2025." (Lees meer: '1,5 graad of snelkookpan? Kan de politiek het klimaat nog redden?' door Ben van Raaij, Maarten Keulemans en Bard van de Weijer in De Morgen van 28 oktober 2021)